24-02-2025 | De komende jaren komen er veel verkeersdrempels bij in de stad. Dat is nodig omdat de gemeente in een groot aantal straten de maximumsnelheid verlaagt naar 30 kilometer per uur. Tegelijkertijd moeten nood- en hulpdiensten voldoende door kunnen blijven rijden. Wat is dan de beste drempel?  

Zonlicht valt op de bomen langs de Kerkhoflaan. Half in de schaduw liggen herfstbladeren op de klinkers van het wegdek. Ze vliegen op wanneer er een politieauto langsrijdt, met 70 kilometer per uur. Op de eerste drempel komt de wagen even los van het wegdek en vliegt een seconde lang met de bladeren mee. Bij de tweede drempel raakt de auto met de onderkant kort de weg.

“We testen drempels,” vertelt Selma, programmamanager verkeersveiligheid bij de gemeente. “Zo onderzoeken we wat het effect is van een drempel bij verschillende snelheden en met verschillende voertuigen.” In 2025 gaat de gemeente verder met het verlagen van de maximumsnelheid van 50 naar 30 kilometer per uur op diverse wegen. Om te zorgen dat de maximale snelheid past bij de inrichting, worden de straten aangepast.

Met welke soort drempels gaat het nog?

In veel gevallen komen er in de 30-kilometerstraten daarom de gebruikelijke drempels te liggen, om het verkeer af te remmen. Maar soms is een weg van dusdanig van belang voor de nood- en hulpdiensten zoals ambulance, brandweer en politie, dat ze nog wel snel op hun bestemming moeten kunnen komen. Daarom doet de gemeente nu samen met de nood- en hulpdiensten een test: met welke soort drempels gaat het nog, en bij welke niet meer?

Niet alleen de hoogte is belangrijk, ook de opgang en de lengte van het plateau hebben effect. Daarom hebben de 2 testdrempels op de Kerkhoflaan allebei andere kenmerken. De eerste drempel is hoger, maar heeft een langer plateau in het midden. De tweede drempel is lager en heeft een korter plateau. Deze drempels zijn een variant tussen de drempels die de gemeente nu gebruikt op 30km en 50km wegen.

Aan de test deed behalve een ambulance ook een brandweerwagen mee, gevuld met brandweermannen. De politie reed mee met een motor, een politieauto en een ME-bus. En de HTM met een passagiersbus. “Zo kunnen we in de praktijk zien wat het effect is van snelheid en het soort voertuig op de drempel. We meten de krachten in de auto en filmen de effecten. Ook hebben alle deelnemers formulieren ingevuld waarop ze hun mening per snelheid en per drempel hebben aangegeven. Op basis van al die informatie kunnen we de drempel kiezen die het meest geschikt is.”

Gulden middenweg

Zelf reed Selma voor de test mee in de ambulance. Toen de ambulance met 60 kilometer per uur over de tweede drempel reed, stuiterde ze bijna van de brancard af waarop ze lag vastgebonden. “Dat was niet fijn. Je moet er niet aan denken dat je daar ligt met zware verwondingen. Meestal gaat het om het aanrijden naar een locatie waarbij snelheid van belang is. Tegelijkertijd willen we het liefst een drempel die het gewone verkeer afremt naar 30 kilometer. Het is dus echt zoeken naar de gulden middenweg.”

Na de test was nog niet meteen duidelijk welke drempels er komen en waar. Veiligheid is namelijk niet het enige waar de gemeente rekening mee houdt bij de inrichting van nieuwe wegen. Ook onderhoud is een onderdeel daarvan. Zo komen er op de nieuwe wegen speciale klinkers, die harder zijn en beter bestand tegen zwaarder verkeer, zoals busjes. Er wordt nagedacht over het verminderen van geluid en over hoe er ook nog genoeg groen in het straatbeeld komt. “Onze volgende stap is kijken of de inrichting van de nieuwe straten aan alle doelen van de gemeente voldoet. In het voorjaar van 2025 hopen we daar een goed advies over te kunnen geven.”